Geonius Geotechniek heeft sonderingen ter plaatse van het wegdek gevoerd. Onze afdeling Milieu heeft voor dit project boringen in het talud van de afrit geboord. Aangezien er onzekerheid was over het aan te treffen materiaal zijn ongeroerde monsters met behulp van Ackermann steekbussen genomen van de diepere kleilagen. Deze monsters zijn vervolgens onderzocht door triaxiaalproeven voor het bepalen van de grondparameters. Hiermee kon de globale bodemopbouw van de afrit worden bepaald. Op de (geotechnische) maatgevende doorsneden zijn stabiliteits- en bezettingsberekeningen uitgevoerd.
Uit onze berekeningen hebben we een advies opgesteld voor de hellingen van het aan te leggen talud in de bouw- en gebruiksfase en de (rest)zettingen die optreden op de plek van de nieuwe rijstrook en de taludophoging. Een toepassing van lichte ophoogmaterialen toont bovendien een positieve invloed op de stabiliteit en zettingen van het grondlichaam.